De begraafplaats ligt vlakbij school. Het was mooi weer. We hebben met de hele klas over de begraafplaats gewandeld. Er was veel te zien. Bij een monument voor gevallen militairen uit de Tweede Wereldoorlog zijn we in het gras gaan zitten en konden de kinderen vragen stellen of opmerkingen maken. Na een uurtje waren we terug op school. Ook daar hebben we nog gelegenheid gegeven om vragen te stellen, maar eigenlijk ontbrak de behoefte daaraan.
De dag erna kwam een moeder bij me. Haar zoontje was overstuur uit school gekomen en heel verdrietig. In de klas had hij niets laten merken. Ik heb met hem gepraat. Hij heeft verdriet over zijn overleden oma die in het buitenland woonde. Hij heeft bij zijn familie veel verdriet gezien en was daar erg van geschrokken. De ouders en ik hebben met hem gepraat en ik denk dat het nu verwerkt is. Een ander kind uit de klas verloor precies in de week van het bezoek aan de begraafplaats een opa. Opa zou op de begraafplaats worden begraven die wij gingen bezoeken. Moeder vond ons bezoek geen probleem, dan had hij de begraafplaats vast gezien. Ook met dit kind hebben we extra gepraat en dit gaf geen verdere problemen. Van ouders hebben we geen opmerkingen over het bezoek aan de begraafplaats gehoord. We hebben ze via de nieuwsbrief over ons plan geïnformeerd.
Twee leerkrachten in Den Haag